1 Controle voertuig/transportgegevens
De planning verstuurd de verwerkte transportopdracht (laadopdracht) naar de boordcomputer die zich bevindt in de vrachtauto waar de desbetreffende chauffeur op ingepland is. De chauffeur meld zich aan op de boordcomputer om bij de laadopdracht te komen . De chauffeur controleert de laadopdracht van de planning food in de boordcomputer op tijdvenster, hoeveelheid producten/pallets, transportcondities en eventuele specifieke eisen van de opdrachtgever. De chauffeur stelt een AVC/CMR vrachtbrief op aan de hand van de laadopdracht (indien de opdrachtgever de vrachtbrief verzorgd wordt dit bevestigd in de werkvoorschriften van de desbetreffende opdrachtgever). De vrachtauto wordt geïnspecteerd door de desbetreffende chauffeur op technische/hygiënische (geen lekkage koelmotoren/vrachtauto in goede staat/schone laadruimte) staat en op aanwezigheid van ongedierte voor dat de chauffeur begint aan zijn ‘fysieke’ werkzaamheden.
Opmerking:
Indien de chauffeur constateert dat er afwijkingen aanwezig zijn in de laadopdracht (bijv. ontbrekende transportcondities) neemt de chauffeur direct contact op met de planning food. De planning food is 24 uur per dag telefonisch bereikbaar voor de chauffeur.
2 Laden
De chauffeur is in het tijdvenster (indien aanwezig) van de laadlocatie aanwezig met de vrachtauto. De chauffeur meldt zich bij de contactpersoon van de laadlocatie en hanteert de bedrijfsregels die geëist worden door de laadlocatie (bijv. haarnetje, stofjas en etc.). De chauffeur zet de vrachtauto op de gewenste locatie neer van de laadlocatie en opent de oplegger deuren zo kort mogelijk voor het laden. De chauffeur geeft aan in de boordcomputer dat hij/zij de laadopdracht gaat ‘starten’. Als de chauffeur de cabine van de vrachtauto verlaat zorgt hij/zij ervoor dat het wordt afgesloten voor omstanders.
De chauffeur controleert de te transporterende producten/pallets visueel voor dat hij/zij de goederen in de laadruimte laadt. Indien er geen afwijkingen zijn geconstateerd plaatst de chauffeur de producten/pallets in de laadruimte. De producten/pallets worden op een correcte manier geladen waarbij er rekening gehouden wordt met; laadvolgorde, gewicht, hoogte van de producten/pallets en het vastzetten van de producten/pallets.
Als de producten/pallets geladen zijn zal de chauffeur de vrachtbrief ondertekenen en een exemplaar aan de laadlocatie verschaffen. Indien er afwijkingen zijn geconstateerd wordt dit vermeld op de vrachtbrief voordat het wordt ondertekend door de chauffeur en wordt het mondeling bevestigd door de laadlocatie (indien nodig wordt dit ook vermeld aan de planning food). Als alles afgerond is wordt in de boordcomputer door de chauffeur bevestigd dat de laadopdracht is geladen met de werkelijke aantal producten/pallets en eventuele opmerkingen. Dit wordt uiteindelijk bevestigd door de laadopdracht als ‘uitgevoerd’ aan te geven in de boordcomputer.
3 Instellen temperatuur koelmotor van oplegger en koelmotor aanzetten
De chauffeur stelt na het laden van de producten/pallets de gewenste temperatuur in op de koelmotoren. De gewenste transportconditie van de opdrachtgever is zoals eerder vermeld verwerkt in de laadopdracht en gecontroleerd door de chauffeur. De temperatuur die weergegeven staat dient op de koelmotoren ingesteld te worden.
Instructie werking/instellen koelmotoren:
Tijdens het transport dient de temperatuur beheerst te worden op engine. Vanaf het bedieningspaneel van de koelmotoren wordt gezien:
- Temperatuur omhoog instellen à pijltje omhoog om naar gewenste temperatuur te gaan.
- Temperatuur omlaag instellen àpijltje omlaag om naar gewenste temperatuur te gaan.
- Indien gewenste temperatuur op display aangegeven staat à opslaan door =
- Koelmotoren aan/uit zetten à start/off knop omhoog/omlaag brengen.
- Elektrisch koelen à Knop omswitchen van engine naar stand-by en oplegger voorzien van krachtstroom.
- De koelmotoren dient ten alle tijden pas aan/uit gezet te worden als de oplegger deuren gesloten zijn.
| Figuur 1: Weergave bedieningspaneel van een koelmotoren. |
Als de chauffeur de koelmotoren heeft ingesteld moet de vrachtauto een zo kort mogelijk stukje naar voren (indien nodig) worden gereden om de oplegger deuren te sluiten. Indien dit is gebeurt dient direct de koelmotoren van de vrachtauto aangezet te worden door de chauffeur en zal hierna stap 4. transport uitgevoerd worden.
Opmerking:
Indien de chauffeur constateert dat de koelmotoren niet naar behoren werkt (bijv. niet aan gaat) of onduidelijkheden zijn neemt de chauffeur direct contact op met de planning food. De planning food is 24 uur per dag telefonisch bereikbaar voor de chauffeur.
4 Transport
De chauffeur transporteert de producten/pallets aan hand van de adresgegevens van de loslocatie. De chauffeur rijdt de snelste/kortste route naar eigen inzicht/navigatiesysteem boordcomputer. De chauffeur transporteert de producten/pallets op een degelijke manier waarbij de producten/pallets in laadruimte geen schade kunnen oplopen en het tijdvenster(indien aanwezig) van de loslocatie wordt behaald. Tijdens het transport controleert de chauffeur de temperatuur in de laadruimte door middel van zijn boordcomputer.
Als er een onverwachte stop (tanken, sanitaire stop en/of rusten) onderweg wordt gemaakt moet de laadruimte/cabine afgesloten worden. De laadruimte wordt door middel van een beschikbaar gestelde hangslot afgesloten (beschikbaar gesteld per vrachtauto) om de food defense te kunnen waarborgen.
Opmerking:
Indien de chauffeur constateert:
- Dat de koelmotoren niet naar behoren werkt (bijv. niet voldoende koelt) tijdens het transport.
- Het hangslot is bewerkt van de laadruimte of cabine is ‘open gebroken’.
- Het tijdvenster van de loslocatie niet wordt behaald.
Neemt de chauffeur direct contact op met de planning food. De planning food is 24 uur per dag telefonisch bereikbaar voor de chauffeur.
5 Lossen
Als de chauffeur aankomt op de loslocatie meldt hij/zij zich bij de contactpersoon van de loslocatie en hanteert de bedrijfsregels die geëist worden door de loslocatie (bijv. haarnetje, stofjas en etc.). De chauffeur zet de vrachtauto op de gewenste locatie neer van de loslocatie. De chauffeur zet de koelmotor zo kort mogelijk van te voren uit en opent de oplegger deuren zo kort mogelijk voor het lossen. De chauffeur geeft aan in de boordcomputer dat hij/zij de laadopdracht gaat ‘starten’ om te lossen. Als de chauffeur de cabine van de vrachtauto verlaat zorgt hij/zij ervoor dat het wordt afgesloten voor omstanders.
De chauffeur lost de producten/pallets bij de loslocatie. De chauffeur staat toe dat de producten/pallets gecontroleerd worden door de loslocatie. Als de producten/pallets gelost zijn wordt de vrachtbrief ondertekend door de loslocatie wordt er een exemplaar aan de loslocatie verschaft. Indien er afwijkingen zijn geconstateerd wordt dit vermeld op de vrachtbrief voordat het wordt ondertekend door de loslocatie. Dit wordt eerst mondeling besproken en bevestigd door beide partijen (loslocatie en chauffeur). Indien nodig wordt dit ook vermeld aan de planning food.
6 Retouren opdrachtgever
Indien de opdrachtgever wilt dat er retouren worden geladen (retour goederen, fust, emballage en/of lege ladingdragers) wordt aan één gesloten aan de vorige laadopdracht van de producten/pallets.
Gekoelde retour goederen worden getransporteerd aan de hand van de transportcondities die worden weergegeven in de laadopdracht (in de boordcomputer). Indien er fust, emballage en/of lege ladingdragers geladen moet worden voor de opdrachtgever heeft de chauffeur de bevoegdheid om een visuele controle uit te voeren. Tijdens de visuele controle wordt er gecontroleerd op geur en vuil. Indien er gesproken wordt over ‘vuil’ fust, emballage en/of lege ladingdragers neemt de chauffeur contact op met de planning food om te bespreken welke acties er verricht moeten worden. Er kan namelijk een combinatie rit plaatsvinden van retouren en producten/pallets (dit hangt wel af van de soort retour goederen). De planning food overlegd met de opdrachtgever de situatie en de acties die indien genomen moeten worden en communiceert dit terug aan de chauffeur
Voor elke laadopdracht van retouren wordt een vrachtbrief geschreven door de chauffeur (indien dit niet wordt verstrekt door de opdrachtgever) met eventuele afwijkingen er op verwerkt (bijv. beschadigingen). De temperatuur van de retour goederen moet worden aangetoond door laadlocatie en op de vrachtbrief te worden genoteerd. Indien de opdrachtgever eist dat er een ‘retourlijst’ wordt opgesteld om de emballage, fust en/of lege ladingdragers te registreren zal de chauffeur dit invullen op papier en inleveren bij de opdrachtgever.
7 Afhandelen transportopdracht
Als de laadopdracht gelost is wordt dit in de boordcomputer door de chauffeur bevestigd. De chauffeur krijgt in de boordcomputer te zien dat er eventueel een document ingescand kan worden. Elke vrachtauto heeft een scanner in de cabine om de vrachtbrief in te scannen (de opdrachtgever kan hierdoor digitaal de vrachtbrief controleren). Hiernaast kan de chauffeur eventuele opmerkingen bij de opdracht in de boordcomputer aangeven. Als dit is afgerond bevestigd de chauffeur het lossen van de laadopdracht door op ‘uitgevoerd’ te klikken in de boordcomputer. Als de chauffeur geen volgende laadopdracht in zijn boordcomputer heeft staan informeert hij/zij de planning food over het vervolg van zijn/haar rit. Indien de chauffeur geen vervolg rit heeft zal de chauffeur met de vrachtauto naar zijn standplaats rijden en hier de vrachtauto parkeren. De fysieke vrachtbrief wordt na elke werk week ingeleverd op het hoofdkantoor van Breedijk Transport B.V..